De reis naar Chitina is lang, dus we vertrekken al vroeg met de auto naar het zuiden van Alaska. Al snel zijn we bij Fairbanks en rijden we een stuk naar het oosten. Onderweg komen we langs de noordpool, daar moeten we natuurlijk even stoppen. Alle kaarten uit Amerika aan de kerstman worden in dit dorpje in Alaska bezorgt. Er is dan ook op de Amerikaanse manier, een winkel gebouwd. Kerstshoppen in de zomer! Het moet ook niet gekker worden.
Na wat foto's te hebben gemaakt rijden we verder richting de Delta Junction. Via de Delta Junction rijden we naar het zuiden richting Glennallen. Het eerste stuk snelweg is waanzinnig mooi om te zien. We genieten van de natuur, en maken ontzettend veel foto's van de Alaska Range. Alleen zijn ze bij deze snelweg de scenic views vergeten, of ze staan achter de bomen... Helaas is het halverwege gedaan met de mooie open natuur. De weg wordt omringt door bomen en parkeerplaatsen zijn schaars. Gelukkig duurt het stuk maar 2 uur en komen we aan bij Glenallen.
Vanuit Glenallen rijden we door naar het visitorscenter van het Wrangell St. Elias National Park. We hebben voor de vakantie al wat informatie aangevraagd bij een ranger. Hij raadde ons aan om het laatste nieuws op het gebied van weer en beren na te vragen in een ranger station. Heel toevallig is de ranger op het moment dat wij daar binnen komen aanwezig en praten we even bij. Hij laat ons een film zien over de werking van de Kennicott mijn, waar we morgen naar toe gaan. Uiteindelijk komen we in het stoffige dal en ons hotel in Chitina.